Kilimanjaro: top gehaald!

door Ruud
Tanzania 2016

Een boek van Daan (14), daar begon het allemaal mee. Een boek over de Mount Everest, de K2 en ander impossante bergen. Regelmatig kwam het boek op tafel en fantaseerde hij over stoere exepdities en beklimmingen. We moesten zijn enthousiasme een beetje temperen: bergen zals de Mount Everest zijn nog een maatje te groot voor ons. Een van de zogenoemde 7 summits (hoogste bergen per continent) lag wel binnen bereik: de ‘wandelberg’ Kilimanjaro. “Gaan jullie dan mee?” Natuurlijk! Ook Bas (inmiddels 19) wilde de uitdaging graag aan. We sloten de reis af met een week safari. Het was (letterlijk en figuurlijk) een top-vakantie!

10 uur, 4 films

28 juli – heenreis

Onze eerste vakantiedag staat in het teken van reizen. Om 6.15 uur haalt de taxi ons op en rijden we naar Schiphol. Inchecken, bagage drop-off en security. Daarna kunnen we op ons gemak ontbijten. Om 10.15 uur vertrekken we met KLM richting Tanzania. Een perfect uitgerust vliegtuig, met uitgebreid film- en muziekaanbod én prima eten. Fijn om overdag te vliegen. Na ruim 10 uur (= 4 films) arriveren we op Kilimanjaro Airport. Slechts een uur tijdsverschil, dat is altijd prettig van reizen naar Afrika. We worden opgewacht door iemand van Team Kilimanjaro (TK). TK zal ons begeleiden bij het klim-gedeelte van deze reis. In het donker rijden we in een uurtje naar The Outpost Lodge, ons hotel in Arusha. Ruime kamers, een mooie tuin met zwembad en in het openlucht restaurant kunnen we prima eten. We zijn er!




Bonte mix van traditioneel en westers

29 juli – Arusha

Vandaag verkennen we Arusha. Arusha is een grote, levendige stad. Het is een bonte mix van moderne en luxe winkels, straatverkopers en eenvoudige marktstalletjes, van westers geklede mensen en mensen in traditionele kleding. Veel mensen proberen ons hun diensten of spullen te verkopen. Ja, we zijn weer in Afrika. Arusha is de uitvalsbasis voor diverse nationale parken en voor beklimmingen van de Kilimanjaro. Echte highlights heeft de stad niet, maar er is genoeg te zien voor een paar uurtjes. Er zijn diverse markten (groente, fruit, vis etc.) en we nemen een kijkje bij de Masai-markt, waar vooral souvenirs te vinden zijn.

Pre-climbing briefing
Aan het einde van de middag ontmoeten we Harold, onze gids voor de beklimmingen van de Mount Meru en Kilimanjaro. Hij heeft de Mount Meru 70 keer succesvol beklommen en de Kilimanjaro 300 keer. We zullen dus niet verdwalen:-). Fijne vent, eerste indruk is goed. We bespreken het programma voor de komende drie dagen (Mount Meru, 4566m) en nemen de paklijst nog even door. In de avond pakken we onze spullen in: een deel gaat in de dagrugzakken, een deel in de duffels (die worden door de dragers gedragen) en een deel blijft achter in het hotel. Morgen gaat het echt beginnen, we hebben er zin in!








Zwart-witte colobus apen

30 juli – Mount Meru dag 1 (Momela gate 1514m – Miriakamba Hut 2514m)

Om 7.45 uur haalt gids Harold ons op. We maken nu ook kennis met assistent-gids Frederic: goed voor 40 keer Mount Meru en 700 (!) keer Kilimanjaro. Er gaan zes dragers mee. In een uurtje rijden we naar Arusha NP. Leuk, alle bedrijvigheid langs de weg. Veel mensen, werkplaatsjes, winkeltjes en dieren. Bij de ingang van het park maken we kennis met de Tanzaniaanse bureaucratie: er moet van alles worden ingevuld, zowel door ons als door de gids. Daarna rijden we door naar de Momela Gate, het startpunt van de beklimming van de Mount Meru. De papierwinkel herhaalt zich hier. We zien ons eerste wildlife: dikdiks, wrattenzwijnen, bavianen en zebra’s. Gaaf.

Gewapende ranger
De dragers maken bundels van 20 kilo bagage. Er wordt streng op toegezien dat niemand van hen meer dan de toegestane hoeveelheid draagt (20 kilo + 5 kilo persoonlijke bagage). Ondertussen genieten wij van de omgeving en ons lunchpakketje. Kunnen we dan nu eindelijk op pad? Nee. Vanwege de wilde dieren moet een (gewapende) ranger mee. Het blijkt dat niet iedere groep een eigen ranger meekrijgt, maar dat ze groepen samenvoegen. Wij moeten wachten op de volgende groep klimmers, en dat duurt behoorlijk lang. Rond 13.30 uur kunnen we dan eindelijk vertrekken. Harold en Frederic gaan met ons mee, de dragers nemen een andere route.

Prachtig vulkaanlandschap
Het is een prachtige en goed begaanbare route. Eerst door tropisch bos: enorme bomen, varens, baardmossen, lianen, veel bloemen. Een reusachtige vijgenboom waar je onderdoor kunt lopen. Watervallen. We zien de zwart-witte colobus apen en vervet apen. Ook mooie kleurrijke vogels, zoals de toerako en de beautiful sunbird. Veel vlinders. Hoe hoger we komen, hoe opener het wordt. Rotsachtig met zwart vulkaanzand. We hebben een goed zicht op de rotsige top van de berg en op de wat lagere Little Meru.

Popcorn
Na ruim 13 km en 1000 hoogtemeters arriveren we bij de Miriakamba Hut op 2515m. We krijgen een piepklein kamertje met twee stapelbedden, prima voor elkaar. Er zijn hier meerdere klimgroepen. Iedere groep heeft zijn eigen kok mee, die ook gewoon drager is. Een andere drager, Yahaya, zorgt in de eetzaal voor een keurig gedekte tafel, brengt popcorn, thee en de maaltijden. Een soort butler, zeg maar. Hij zorgt ook iedere dag voor teiltjes met warm water zodat we ons kunnen opfrissen. Eerlijk is eerlijk, dat voelt wat ongemakkelijk. Maar zo gaat het bij alle groepen (ook op de Kilimanjaro en tijdens de safari, zullen we de komende weken ervaren). Onze maaltijd is verbazingwekkend uitgebreid en gevarieerd. Dat belooft wat. Om 18.30 uur wordt het al donker en daarna snel koud. Bedtijd op de berg is dan ook vroeg, rond 20 uur zoeken we onze slaapzakken op.





Harde wind en kou

31 juli – Mount Meru dag 2 (Miriakamba Hut 2514m – Saddle Hut 3570m + Little Meru 3820m)

Om 6 uur worden we wakker gemaakt met koffie en thee op bed. Dat is relaxt opstaan. Het ontbijt is al net zo uitgebreid als het avondeten: pap, vers fruit, omelet, toast en gebakken worstjes. Honger zullen we hier niet krijgen. De route is opnieuw prachtig. We gaan zigzaggend omhoog door een soort ‘sprookjesbos’. Vogels, vlinders, verse sporen van luipaarden en buffels. Het is duidelijker steiler dan gisteren. Bijzonder dat er zo hoog nog bomen zijn. Tot zeker 3200m lopen we door bos en ook daarboven zijn nog steeds veel bomen. In de Alpen ligt de boomgrens al rond 2000m. Mooi zicht over de vlakte, kraters, de caldera en – in de loop van de ochtend komt hij eindelijk te voorschijn uit de mist – de Kilimanjaro. Na zo’n vier uur lopen komen we aan bij de Saddle Hut, op 3570m. Harde wind en koud hier!

Little Meru
In de loop van de middag maken we een wandeling naar de Little Meru (3820m). Dit soort ‘hoogtewandelingen’ zullen we volgende week op de Kilimanjaro ook regelmatig maken. Ze zijn vooral bedoeld om aan de hoogte te wennen. Overdag hoog en dan weer wat lager slapen, dat is de beproefde methode. We merken allemaal dat er minder zuurstof is; we raken snel buiten adem. Het wandeltempo ligt dan ook laag op deze hoogte. In een uurtje staan we op de Little Meru. Een nieuw hoogterecord voor drie van ons (Ruud heeft al eens boven de 6000m gestaan). We zien de Kilimanjaro aan de ene kant, de top van de Mount Meru aan de andere kant. Ook de route naar de top kunnen we goed zien. Prachtig.








Peptalk en Swahili-liedjes

1 augustus – Mount Meru dag 3 (Saddle Hut 3570m – top Mount Meru 4566m – Momela Gate 1514m)

Om middernacht worden we wakker gemaakt, we hebben een paar uurtjes geslapen. Nou ja, geslapen… Het was behoorlijk rumoerig in de hut. En slapen op grote hoogte valt sowieso niet mee. Tijdens de slaap is de ademhaling oppervlakkiger, terwijl je door de ijle lucht juist behoefte hebt aan diep ademhalen. We ontbijten met koffie, pap en cake. Om 1 uur vertrekken we richting de top. Het is aardedonker en er is een waanzinnig mooie sterrenhemel. Iets hoger op de berg zien we de lichtjes van andere klimmers. Op deze hoogte hoeft er geen ranger mee. We lopen dus gewoon met z’n vieren, samen met onze twee gidsen.

Klauteren
‘Pole, pole’ (rustig, rustig) is het motto vannacht. Langzaam stijgen verkleint de kans op hoogteziekte. Evenals veel water drinken trouwens. Het begin gaat lekker vlot. De temperatuur daalt snel, het vriest flink. De route wordt wat lastiger. Soms moeten we klauteren en moeten we de stokken in één hand houden om ons aan de rotsen vast te kunnen houden. We gaan flink steil omhoog, met soms diepe afgronden. Rots en zand met losse stenen wisselen elkaar af.

Stormachtig
Bij Rhino Point op 3814m pauzeren we. Daarna wordt het plotseling zwaar. De wind neemt toe tot stormachtig en we worden bijna gezandstraald door het zand en kleine steentjes. We doen onze goretexjassen aan over onze donsjassen en doen extra (bivak)mutsen op. Het pad gaat eerst weer naar beneden, daarna stijgen we opnieuw. We stoppen regelmatig om wat te eten en te drinken. De gidsen toveren iedere keer weer wat lekkers uit hun rugzak voor ons: chocola, koekjes en zelfs blikjes RedBull. De harde wind neemt gelukkig af. Aan het einde van de nacht komt de maan op boven de Kilimanjaro en vlak erna de zon. Wauw wauw wauw!

Top bereikt!
Daan heeft het zwaar, heel zwaar, hij moet er echt voor strijden om de berg op te komen. De gidsen blijven positief, hebben altijd een peptalk klaar en zingen leuke Swahili-liedjes. Honderd meter onder de top komen we de eerste klimmers tegen die alweer aan het afdalen zijn. Wij moeten nog een behoorlijk stuk… Pittig klauterwerk, goed opletten. En dan rond 9 uur staan we eindelijk op Socialist Peak, de top van de Mount Meru. Met zijn 4566m. de vijfde berg van Afrika. We zijn trots dat we dit met z’n vieren hebben gehaald. En wat een uitzicht! Kraters, rotsen, bergen en natuurlijk de Kilimanjaro. Prachtig.

Wat is het mooi
We dalen af via dezelfde route. De steile klimmen van vannacht en vanochtend vroeg zijn nu steile afdalingen. ‘Pole, pole’, blijft ook nu van belang, we moeten goed opletten op de rotsen. Maar jongens, wat is het hier mooi! Dat konden we vannacht natuurlijk niet zien. We dalen rustig af, stijgen weer een stuk naar Rhino Point en daarna gaan we verder naar beneden. Rond 13.30 uur zijn we terug bij de Saddle Hut op 3570m. We zijn nu echt moe! Er staat al een uitgebreide lunch voor ons klaar, met soep, pasta, omelet en salade. Echt tijd om uit te rusten hebben we niet, we we moeten nog ruim 2000m verder afdalen.

Rescue
Kink in de kabel. De ranger die ons naar beneden gaat begeleiden, voorziet dat we niet voor donker de Momela Gate zullen bereiken. Omdat het verboden is om in het donker te lopen, besluit hij nu al dat we vanaf de volgende hut een ‘rescue’ nodig hebben. We moeten op een formulier invullen dat Ruud last heeft van zijn knie. Uh…? Eerlijk is eerlijk, het is best een lekker vooruitzicht om nog maar 1000m te dalen en de rest met een auto te doen. Maar vreemd is het natuurlijk wel. Goed, eindelijk op pad naar Miriakamba Hut. Dezelfde route die we gisteren hebben gelopen. Goed begaanbaar, het gaat lekker vlot. De hoogte van de bomen neemt weer toe en we zien weer allerlei vogels.

Onverwacht leuk tochtje
Vanaf Miriakamba Hut gaan we met een rescue-pick-up truck verder. We kunnen achterin de bak staan. Wat is dit een leuk tochtje, echt een onverwacht feestje! Het is einde middag, dus er zijn veel dieren actief. We zien grote groepen bavianen, bushbucks, vervet apen, zwart-witte colobus apen, dikdiks en rode toks. Echt gaaf. Bij de Momela Gate zien we onze dragers weer. We krijgen hier de officiële certificaten voor het behalen van de top. Ook overhandigen we de envelop met fooien aan de gids; hij verdeelt het onder de dragers. Fooien zijn hier erg belangrijk en maken een aanzienlijk deel uit van de inkomsten van gidsen en dragers. We rijden Arusha NP uit en daarna in een uurtje terug naar The Outpost Lodge Arusha. Douchen, een snelle maaltijd en dan: slapen!








De laatste voorbereidingen

2 augustus – Arusha

Een heerlijk relaxt dagje bij het hotel. We laten onze was doen, zwemmen wat en genieten in de tuin van de vogels, apen en eekhoorns. Vanmiddag komt onze gids Harold naar het hotel om de Kilimanjaro-week voor te bespreken. Hij benadrukt nog een keer dat de Kilimanjaro eenvoudiger is dan de Mount Meru: minder steil, kortere dagetappes en minder ’technisch’. Maar natuurlijk wel 1500m hoger (5895m). En de hoogte is wat de berg zwaar maakt. Door de beklimming van de Mount Meru zijn we al behoorlijk goed geacclimatiseerd.

TK Rongai Route
De Kilimanjaro heeft 7 routes; wij hebben gekozen voor de 7-daagse Rongai Route. Deze gaat (als enige route) via de noordkant omhoog en via de Marangu-route aan de zuidkant naar beneden. Team Kilimanjaro (TK), ‘onze’ reisorganisatie, heeft een eigen variant op de route gemaakt. Hierdoor maken we optimaal gebruik van het principe ‘overdag hoog, ’s nachts laag’. Dit is belangrijk om hoogteziekte te voorkomen. We zullen extra warme kleding meenemen, want onderweg naar de top kan het zeker 15 graden vriezen. We hebben er vertrouwen in dat het gaat lukken. Kilimanjaro, kom maar op!



Thee en versgebakken popcorn

3 augustus – Kilimanjaro dag 1 (Rongai gate 1996m – Simba Camp 2626m)

Rond 8 uur worden we opgehaald. Door gids Harold, assistent-gids Apollo en véél dragers. Op de Kili kamperen we én we zijn een week onderweg, er zijn dus meer mensen nodig dan op de Mount Meru. Een gezellige club mannen bij elkaar, een aantal was ook mee naar de Mount Meru. Wij rijden de stad uit, langs Arusha NP, naar Moshi en verder. Het is enorm groen, met onder meer veel bananenplantages. Veel bedrijvigheid langs de weg: barretjes, marktkraampjes, winkeltjes en werkplaatsen. Na ruim 2 uur rijden zijn we bij de Marangu Gate, aan de zuidoostkant van de Kilimanjaro. Dit zal over een week ons eindpunt zijn. Het is ook de plek waar de Marangu-route start; een van de twee drukste routes. En dat is te merken: het is een drukte van belang. De gids moet hier de benodigde formaliteiten regelen, dat kost al snel 45 minuten.

Naar de noordkant
Daarna stappen we weer in de bus voor een rit van nog eens 2 uur. We rijden via de oostkant om de berg heen, langs de Keniaanse grens. Rond 13 uur zijn we bij de gate (1996m) waar de Rongai-route start. Wat een verschil met de drukke Marangu Gate! Hier slechts een paar basic faciliteiten en een handjevol andere andere klimmers. De dragers pakken alle bagage om en in. Daarna wordt alles gewogen. Dan wordt ook bepaald hoeveel dragers precies nodig zijn: 13. Ondertussen bereidt een aantal dragers ook nog ‘even’ een warme lunch voor ons.

Respect
En dan kunnen de rugzakken op. De etappe van vandaag is slechts 7 kilometer, met ruim 600 hoogtemeters. We doen het dus rustig aan en nemen alle tijd om vogels, planten en vlinders te fotograferen. De omgeving is vandaag niet erg bijzonder. Het eerste deel is productiebos, met wat hutten tussendoor. Dan volgt een stuk tropisch bos. We zien ondermeer zwart-witte colobus apen, wat zijn dat toch prachtige dieren. Halverwege worden we ingehaald door de dragers. Ondanks de zware bagage (die ze vaak op hun hoofd dragen) hebben ze een hoog tempo. Respect voor die mannen!

Popcorn
We lopen vandaag tot Simba Camp op 2626m. De dragers hebben de slaaptentjes al opgezet. Ook is er grote tent met tafel en stoelen om te eten. Ja, allemaal omhoog gesjouwd door onze stoere dragers. Er staat al thee en versgebakken popcorn voor ons klaar. Wat een luxe op de berg. Het is rustig in het kamp, er zijn twee andere klimgroepjes. Dat schijnt op een aantal routes wel anders te zijn. We krijgen weer een heerlijk uitgebreide maaltijd voorgeschoteld. Om 18.30 uur is het donker en koelt het snel af. Met Harold bespreken we de etappe van morgen. Rond 20 uur liggen we al in onze slaapzakken.








Langzaam wennen aan de hoogte

4 augustus – Kilimanjaro dag 2 (Simba Camp 2626m – Kikelewa Camp 3679m)

Net als op de Mount Meru worden we om 6 uur wakker gemaakt. Mét thee en koffie op bed. Terwijl de zon opkomt, pakken we onze spullen in. We ontbijten met zoete aardappel, worstjes, fruit en een grote stapel geroosterd brood. Dat is een goed begin. Om 7.30 uur gaan we op pad. Strakblauwe lucht, felle zon en een prachtig zicht op Mawenzi en de Kibo. De Kilimanjaro bestaat eigenlijk uit 3 aaneengesloten strato-vulkanen: de Mawenzi, de Kibo en de Shira. De Kibo is de hoogste berg van Afrika, de Mawenzi de tweede. Feitelijk beklimmen we dus niet ‘de’ Kilimanjaro, maar de Kibo.

Grotten
Het landschap verandert sterk. De (jeneverbes-achtige) bomen worden steeds lager en het wordt steeds opener. Veel mooie struiken, planten en bloemen. Gids Harold weet er veel over te vertellen, dat is leuk. Hij wijst ons o.a. op de everlasting flower, de Bidens kilimanjaro, de St.John’s Wort en de hebenstretia. Er zijn diverse grotten, zoals First Cave en Second Cave. Tanzaniaanse militairen die de berg beklimmen, overnachten vaak in dit soort grotten. De ‘gewone klimmers’ mogen dit niet. De autoriteiten zijn blijkbaar bang dat klimmers iets overkomt, waardoor het toerisme in gevaar kan komen. Naar de tweede grot is een campsite genoemd, en dat is onze pauzeplek. De dragers, die na ons zijn vertrokken en ons halverwege in hoog tempo hebben ingehaald, zijn er al. Ze hebben zelfs een uitgebreide warme lunch voor ons bereid.

Rotsformaties
De laatste kilometers lopen we langs mooie rotsformaties van lavasteen. Het is behoorlijk mistig. Het is vandaag een vrij lange dagetappe, maar het gaat ons makkelijk af. We leggen 13 kilometer af en stijgen ruim 1000m. Toch blijft ook nu ‘pole, pole’ het motto: rustig lopen, langzaam wennen aan de hoogte. We zijn rond 15.30 uur op de campsite: Kikelewa Camp op 3679m. Erg mooi hier! De thee en de versgeroosterde pinda’s staan al voor ons klaar. Genieten.

Uitgebreide maaltijden
Noum, de kok, kookt samen met een aantal dragers de warme maaltijd. In een klein tentje. En geen kant-en-klaar voer of een eenvoudige eenpansmaaltijd, maar uitgebreider dan menig maaltijd bij ons thuis. Ze kneden deeg en bakken verse wraps, frituren stukjes vis, bereiden verse groente, bakken kip en gebruiken hierbij nog eens met verse kruiden en gember. Heerlijk. Na het eten bespreken we, zoals we iedere dag zullen doen, het programma voor morgen. En dan om 20 uur weer de slaapzak in. We merken allemaal dat we door de hoogte weer minder goed in slaap komen.






Paradijs op aarde

5 augustus – Kilimanjaro dag 3 (Kikelewa Camp 3678m – Mawenzo tarn 4303m)

Wauw, dat is nog eens wakker worden. Een prachtig uitzicht op de Mawenzi Peak en daarboven een strakblauwe lucht. En als we naar beneden kijken, zien we dik pak wolken. Het is net een bad dat helemaal vol zit met wit schuim. Mooi mooi mooi. Een korte dagetappe vandaag, nog geen 4 kilometer, met 625 hoogtemeters. Het landschap wordt steeds indrukwekkender. Dramatisch, is misschien wel een mooi woord hiervoor. We komen steeds hoger op de Mawenzi-vulkaan. De vegetatie wordt steeds lager en minder. Rechts zien we ons einddoel liggen: de Kibo.

Paradijs
Het is nog geen 11 uur als we bij de campsite zijn: Mawenzi Tarn, op 4315m. Deze plek komt op ons lijstje van allermooiste-plekken-waar-we-ooit-zijn-geweest. Wat een perfecte plek voor een relax-dagje! Want zo voelt het toch wel. Pas rond een uur of 3 zullen we een extra hoogtewandeling maken. We krijgen weer een heerlijke (warme) lunch en genieten van deze mooie plek. We hebben bovendien prachtig weer. Wat zijn we toch bevoorrecht dat we hier kunnen zijn met ons vieren.

Acclimatiseren
De Mawenzi Peak zelf mag sinds 10 jaar niet meer beklommen worden. Deze vulkanisch gevormde rotspunt is te kwetsbaar en daardoor te gevaarlijk. Er zijn hier twee andere klimgroepen; zij gaan morgen al naar het basecamp (= laatste kamp voor de top). Wij volgen een andere route en hebben een extra dag om te acclimatiseren. Het blijkt dat de anderen aanzienlijk meer moeite hadden met de etappe van vandaag. Onze inklimtocht op de Mount Meru is écht van waarde geweest. In de middag maken we nog een korte hoogtetocht. We klauteren omhoog naar de graat aan de noord-west-kant van de campsite. Vanaf de richel hebben we weer een prachtig zicht op de Kibo. Vanavond weer een heerlijke maaltijd. En vroeg naar bed. Het is flink koud op deze hoogte.










Walk high, sleep low

6 augustus – Kilimanjaro dag 4 (Mawenzi Tarn 4303m – Third Cave 3936m)

Het heeft gevroren vannacht, er ligt een laagje ijs op de tentjes. We hebben niet zo goed geslapen. Niet door de kou (we hebben goede winterslaapzakken), maar door het gebrek aan zuurstof in de lucht. Het ochtend-ritueel ziet er iedere ochtend hetzelfde uit. Om 6 uur worden we wakker gemaakt, koffie en thee op bed, dan opstaan en inpakken, ontbijten, water bijvullen en uiterlijk om 7.30 uur op pad. We hebben een overvloedig ontbijt met worstjes, omelet, pannenkoeken, pap en vers fruit.

Alpiene woestijn
We stijgen eerst een stuk over de rotsige helling tot 4500m. Daarna dalen we af en maken een omtrekkende beweging om de Kibo heen. Het landschap hier wordt alpiene woestijn genoemd: vooral rots, een beetje gras en veel everlasting flowers. We zitten nu in de vallei/zadel tussen de Mawenzi en de Kibo. Verse sporen van buffels. We zien het basiskamp (Schoolhut) liggen, dat hopen we morgen te bereiken. Ook zien we Gillman’s Point, daar gaan we overmorgen (hopelijk) de kraterrand op. Zover we kunnen kijken, is het leeg. Het lijkt alsof we alleen op de wereld zijn. Dat is ook precies waarom we deze route hebben gekozen en niet de populaire (en veel drukkere) Marangu of Machame route. En daar hebben we geen spijt van.

Waanzinnig mooi
Het is heerlijk wandelen vandaag. Ondanks de hoogte voelen we ons goed en onze conditie is vooralsnog ruim voldoende voor deze tocht. Aan het einde van de ochtend al komen we aan bij ons kamp: Third Cave Camp op 3926m. Een stuk lager dus dan ons hoogste punt van vandaag. ‘Walk high, sleep low’ draagt bij aan het acclimatiseren. Het camp ligt aan de voet van de Kibo, bij een droge rivierbedding. Wat is dit weer een waanzinnig mooie plek!

Sterrenhemel
In de loop van de middag wandelen we een uurtje omhoog, richting Kibo-Hut, en weer terug naar Third Cave. Er staat een harde koude wind en de wolken trekken in hoge snelheid voorbij. Als we terugkomen in ons kamp, staat er thee met versgebrande pinda’s voor ons klaar. Ook het avondeten is weer heerlijk. Wat wordt er toch goed voor ons gezorgd! De avond is koud, heel koud, met een fantastische sterrenhemel.












Nerveus op wat ons te wachten staat

7 augustus – Kilimanjaro dag 5 (Third Cave 3936m – School Hut 4722m)

Alsof de berg weer in een grote bak zeepsop staat. Een witte schuimende massa onder ons. Ook vanochtend kijken we van bovenaf op een dik pak wolken. Mooi mooi mooi! Het vriest flink, dus we pakken snel de spullen in. Ook voor ons ontbijt nemen we weinig tijd. Met deze kou willen we het liefst in beweging zijn. Al om 7.15 uur hijsen we de rugzakken op en vertrekken. Het is de laatste etappe vóór summit-night, het komt nu wel dichtbij!

Misselijk
De route naar ons basecamp is slechts 5 kilometer, maar wel met 750 hoogtemeters. Pole pole, rustig rustig, we voelen de hoogte wel. We zijn snel buiten adem en voelen zo nu en dan wat hoofdpijn. Er is hier vrijwel geen vegetatie, alleen maar rots en zand. Tussen de rotsen zit het karkas van een buffel. Het schijnt er al 2 jaar te liggen en stinkt enorm. Soms kunnen we ver kijken, soms lopen we door de wolken. Al rond 10 uur komen we aan bij Schoolhut, het basecamp, op 4722m. We zijn inmiddels al een stuk hoger dan de top van de Mount Meru. Daan voelt zich erg misselijk en hij heeft moeite om zijn ademhaling onder controle te houden. We rusten uit met thee en koekjes en hij is gelukkig weer snel de oude. Veel tijd krijgen we niet, want we gaan toch nog wat hoogtemeters maken. Dit doen we op de route die we vannacht zullen nemen naar de top. We gebruiken nu voor het eerst op de Kilimanjaro onze stokken en dat is geen overbodige luxe. In een heel rustig tempo klimmen we in een uurtje tot ca. 4850m.

Ademhalingsoefeningen
Dan gaan we weer terug naar het camp, waar een voedzame lunch voor ons klaar staat. Met Harold bespreken we onze ’summit-night’. Hij is vol vertrouwen dat we het gaan halen. We leggen alvast onze kleding, handschoenen, zaklampen en waterzakken klaar. De rest van de middag proberen we wat te slapen. En dat valt niet mee op deze hoogte. Als je in slaap valt, wordt de ademhaling oppervlakkig. Hierdoor krijg je te weinig zuurstof en schrik je weer wakker. Een paar weken geleden hebben we een Wim Hoff Iceman-training gedaan en een ademhalingstechniek geleerd om extra zuurstof op te nemen. Dit kan ook helpen om hoogteziekte tegen te gaan. We proberen de oefeningen hier regelmatig te doen. Aan het einde van de middag staan we even op voor de ‘evening tea’ en het avondeten, daarna kruipen we weer de warme slaapzakken in. Best een beetje nerveus voor wat ons te wachten staat. Daan is de enige die het lukt om een paar uurtjes te slapen.










Top gehaald!

8 augustus – Kilimanjaro dag 6 (School Hut 4722m – Uhuru Peak 5895m – Horombo 3705m)

Om 22.30 uur worden we wakker gemaakt. Nou ja…. echt slapen deden we toch al niet. We ontbijten met thee, pap en koekjes. Nu gaat het echt gebeuren! Om 23.30 uur vertrekken we. Warm aangekleed, want het is al flink koud. Thermobroek, buitensportbroek en daaroverheen nog een skibroek en gamaschen. Naast onze gidsen Harold en Apollo gaan twee dragers als assistent-gids mee naar de top. Dit geeft ons de mogelijkheid om zo nodig op te spitsen vannacht. We hebben bijna 1200 hoogtemeters voor de boeg. Technisch is het niet lastig (de Mount Meru is lastiger), de hoogte is de echte uitdaging. Kleine stapjes en heel langzaam lopen, is dus het devies.

Warme thee
Al snel gaat het mis. Daan heeft zijn ademhaling niet meer onder controle. Hij wordt duizelig, misselijk, hoort rare zoemende geluiden en lijkt te gaan flauwvallen. Dat is echt wel even schrikken. Met wat warme thee en snoepjes weten we hem weer op te lappen en gaan we verder. Een van de gidsen neemt zijn rugzak over. Op ruim 5200m passeren we de Hans Meyer Cave. Hier pauzeren we even om chocola te eten. Snel verder, het is veel te koud om stil te staan. Het vriest inmiddels 10-15 graden. We doen onze bivakmutsen op, een tweede paar handschoenen aan en een extra jas. De slangetjes van onze camelbags beginnen te bevriezen, ondanks de isolatiehoezen die eromheen zitten. En ondanks dat we na het drinken steeds het water even terugblazen.

Gestaag door
We gaan nu zigzaggend de berg op, veelal over zand en kleine stenen. Dit deel van de route is gelijk aan de Marangu-route; voor/boven ons zijn nog meer klimmers. Daan wordt nog een aantal keren onwel, gelukkig minder heftig en beangstigend als de eerste keer. En hij blijft gemotiveerd om door te gaan. We horen hem regelmatig lachen en grapjes maken met Bas, dat is een goed teken. We gaan gestaag door. 5300m. 5400m. 5500m. En dan wordt Bas ook misselijk. Hij krijgt hoofdpijn en hoort regelmatig honden blaffen. Maar er zijn hier geen honden…. De hoogte doet rare dingen met een mens. De gidsen vinden het gelukkig nog steeds verantwoord om door te gaan. Kopje thee, snoepje en weer verder. 5600m. Het begint langzaamaan licht te worden. 5700m. We bereiken bij Gillman’s Point de kraterrand. Nog niet de echte top, maar wauw, wat een mijlpaal. De vermoeidheid, hoofdpijn en koude handen maken niets meer uit, we gaan het gewoon halen, ‘nog maar’ 195 hoogtemeters!

RedBull
De gidsen toveren zowaar een paar blikjes RedBull en chocoladerepen voor ons tevoorschijn. Die kunnen we goed gebruiken. En wat is het hier mooi! De krater, de gletsjers… Via de kraterrand gaan we naar Stella Point, dit is vooral klauteren over rots. Dit stuk valt ons erg mee, amper 40 minuten later staan we al bij Stella Point. Het is inmiddels wat drukker met andere klimmers: alle routes komen hier samen. Er is een aantal klimmers voor ons, maar we zien vooral veel mensen lager op de berg. Zij hebben nog heel wat uren te gaan. Van Stella Point gaan we door naar de echte top: Uhuru Peak. Het venijn zit in de staart, de laatste 150 hoogtemeters zijn toch nog best pittig. Langzaam, stapje voor stapje, langs de gletsjers. En dan, om 8.20 uur staan we er: op Uhuru Peak, 5895 meter, het hoogte punt van Afrika! We hebben het gewoon geflikt, met z’n vieren, hoe cool is dat! We krijgen felicitaties en een speech van de gidsen en maken natuurlijk foto’s bij het bord. Daan haalt zijn kubus tevoorschijn en kan nu zeggen dat hij op 5895m een kubus heeft opgelost. We eten chips, maken veel foto’s en filmpjes en genieten ervan om hier te zijn. Wauw!

De stemming is opperbest. Tot Bas steeds meer hoofdpijn krijgt. Knallende hoofdpijn. Hij wil NU naar beneden. Samen met gids Apollo gaat hij alvast vooruit. Wij gaan er rustig achteraan. We gaan via Stella Point weer naar Gillman’s Point. Een flink stuk lopen en klauteren, maar nog weinig meters naar beneden. De hoofdpijn neemt dan ook nog niet af. Na Gillman’s Point dalen we echt af. Er komen hier nog veel klimmers omhoog. Sommigen zien eruit als zombies, kotsend, met holle ogen, en amper meer in staat om te lopen. We leven met ze mee.












Spectaculaire afdaling
We zijn vannacht eindeloos zigzaggend omhoog geklommen. Naar beneden nemen we de kortste route: recht naar beneden. Met een soort ski-bewegingen dalen we razendsnel af door deze zandbak. We zijn onze vermoeidheid alweer vergeten en hebben de grootste pret door deze spectaculaire afdaling. Het wordt snel mistig, soms hebben we amper 50 meter zicht. En het wordt weer koud. De net ontdooide slangetjes van de waterzakken bevriezen opnieuw. Tot de Hans Meyer Cave volgen we de route van vannacht, daarna gaan we in zuidoostelijke richting. Rond 11.15 uur zijn we al bij onze lunch-en pauzeplek: campsite Kibo Hut. De dragers zijn daar vanochtend vanuit ons basiskamp naar toe gelopen. Ze hebben de grote tent voor ons opgezet en een lekkere lunch gemaakt. We zitten hier op ongeveer 4700m, hebben dus alweer 1200m afgedaald, in nog geen tweeënhalf uur.

Hoogteziekte
Daan, Ruud en ik zijn moe, maar voelen ons prima. Bas niet. Hij heeft nog steeds knallende hoofdpijn en hij gaat zich in het camp steeds beroerder voelen. Op grote hoogte is het essentieel om goed te eten en te drinken, maar hij krijgt bijna niets binnen en wil alleen maar slapen. We zouden hier eigenlijk een paar uur pauzeren, we liggen ruim voor op schema. In overleg met de gidsen besluiten we om na het eten zo snel mogelijk verder af te dalen. Afdalen is het enige dat helpt tegen dit soort hoogte-klachten.

Regen, hagel en mist
Het regent en hagelt inmiddels, dus de regenpakken gaan aan en we gaan weer op pad. Nog 10 kilometer en 1000 hoogtemeters (dieptemeters?) te gaan. Het is nog een flinke wandeling, vooral over een kale hoogvlakte. Mooi hoor, met de mist en opwaaiend zand. Naarmate we dalen, neemt ook de vegetatie weer toe. En Bas knapt gelukkig zienderogen op. Deze lange en intensieve dag eindigt, nat en koud, bij Horombo Huts. Een groot camp, met veel kampeerders én klimmers die in een van de gebouwen overnachten. De dragers hebben de tenten al opgezet, en er staat alweer warme thee en verse popcorn voor ons klaar. Hè hè, eindelijk kunnen we uitrusten. En eten, veel eten. Noum, de kok, heeft een heerlijk ‘laatste avondmaal’ gemaakt met bruine rijst en bonen. We gaan zijn kookkunsten nog missen. En daarna: slapen!

Haraka, haraka (snel, snel)!

9 augustus – Kilimanjaro dag 7 (Horombo 3705m – Marangu Gate 1860m)

We hebben heerlijk geslapen. Een paar dagen geleden voelde deze hoogte (3700m) nog als hoog, inmiddels voelt het als laag en vooral: zeer zuurstofrijk. Omdat we vandaag nog zo’n 20 kilometer moeten afdalen, staan we al om 5.30 uur op. Voor de laatste keer pakken we onze duffels en rugzakken in en genieten van een ontbijt met pap, cake en pannenkoeken. Om 6.30 uur hijsen we in de vrieskou de rugzakken op. Terwijl we het camp verlaten, komt de zon op. We hebben een prachtig zicht op zowel de Mawenzi als de Kibo, maar nu vanaf de andere kant.

Haraka haraka
Het motto is niet meer ‘pole, pole, maar ‘haraka, haraka’ (snel, snel). En dat valt niet mee, we voelen onze voeten en knieën wel. Het eerste deel van de route is heel open, daarna gaan we het bos in. Het zogenoemde ‘mountain forest’ gaat over in tropisch regenwoud. Echt waanzinnig mooi. We zien de tree hyrax, apen en dikdiks. Het is hier groen, warm en vochtig. We pauzeren kort bij de Mandara Hut, halverwege de route van vandaag. Nog even doorbijten… en dan zijn we rond het middaguur bij de gate. Nu hebben we het écht volbracht! De dragers zijn er natuurlijk al lang, zij hebben een onvoorstelbaar goede conditie. Ze hebben zelfs al gedoucht en zitten ons in schone kleding op te wachten. Nu voelen we ons echt vies….

Fijne groep mannen
Het is ruim tweeënhalf uur rijden naar Arusha. Halverwege, in Moshi, eten we cheeseburgers. Harold heeft nog wat mooie woorden voor ons, en natuurlijk de certificaten die bewijzen dat we echt op de top van de Kilimanjaro hebben gestaan. Wij geven Harold een dikke envelop met fooien, die hij gaat verdelen onder de teamleden. Dubbel en dwars verdiend, het is een fijne groep mannen! Dan weer de bus in voor het laatste deel van de rit. Rond 17 uur zijn we weer terug bij The Outpost Lodge en nemen we afscheid. Eindelijk douchen, wat kun je daar na zo’n week van genieten! En natuurlijk even internetten én Olympische Spelen kijken. Opeens realiseren we ons dat de certificaten nog in het restaurant in Moshi liggen. Verdorie! We sturen Harold een appje; wellicht kunnen ze worden opgestuurd? Maar daar wil Harold niets van weten, hij gaat ze morgen persoonlijk voor ons ophalen. Wat een kanjer is het toch.










Zwemmen, zonnen en lezen

10 augustus – dagje Arusha

Een rustdag, we zouden dus kunnen uitslapen. Toch zijn we alle vier al vroeg wakker, we zijn inmiddels helemaal gewend aan het vroege opstaan. Maar verder doen we rustig aan. We ontbijten op ons gemak en wandelen daarna de stad in om een nieuwe sim-kaart en souvenirs te kopen. Verder doen we niet zoveel. Lekker lunchen, even zwemmen, van de zon genieten en lezen. Aan het einde van de middag komt Desiree van Afroriginals Tours naar het hotel om onze safari-week door te spreken. Deze Nederlandse dame runt samen haar Tanzaniaanse echtgenoot een safari-bedrijf in Arusha. De afgelopen maanden hebben we via de mail een aantal keren contact gehad en samen een mooie safari-week samengesteld. We hebben er zin in!

Lees verder voor deel 2 van de reis: Wildlife (en meer) in Tanzania


Gerelateerde Berichten