Lente in Zeeland

door Ruud

In alle Nederlandse provincies hadden we inmiddels wel gefietst, op één na: Zeeland. En daar brachten we in de meivakantie van 2007 verandering in. In een week tijd fietsten we van Maasluis, via de ‘kopse kanten’ van de Zuid-Hollandse en Zeeuwse eilanden naar het zuiden. Met een strakblauwe lucht en de wind in de rug. Het was echt een heerlijk weekje uitwaaien: fietsen, zandkastelen bouwen en vliegeren.

Europoort en Maasvlakte

28 april – van Hoogland naar Kruiningergors (25 km)

Aan het begin van de middag arriveren we met de trein in Maassluis. We steken direct met de pont over de Nieuwe Waterweg naar Rozenburg. En dan volgen 3 bruggen: over het Calandkanaal, het Hartelkanaal en het Brielsemeer. Deze brengen ons op Voorne-Putten; een van de zuidhollandse eilanden. Hier begint onze fietstocht echt. 

We kijken uit over de Europoort en de Maasvlakte, toch merk je er eigenlijk niets van. Ja, je ziet enorme schepen langsvaren, maar het is gewoon lekker rustig hier. We kamperen vannacht in Kruiningergors. 

Vliegeren en zandkastelen

29 april – van Kruiningergors naar Renesse (49 km)

Vandaag fietsen we verder zuidwaarts, langs de westkant van Voorne-Putten, door Voornes Duin. We hadden veel drukte verwacht: het is zondag, meivakantie én prachtig weer. Maar nee, het is ontzettend rustig. Het schijnen de mooiste duinen van Nederland zijn, met een zeer zeldzame en gevarieerde flora en fauna. Het is inderdaad erg mooi fietsen hier. Bij de Tenellaplas kijken we even rond bij het bezoekerscentrum.

Via Rockanje rijden we naar de Haringvlietdam. Dit is de noordelijkste dam die in het kader van de Deltawerken is aangelegd. Een indrukwekkend bouwwerk en een mooi plekje om te picknicken. En het waait flink, dus we kunnen hier ook goed vliegeren.

En dan zijn we op Goeree Overflakkee. Ook nu kiezen we weer voor een mooie en rustige route langs de kust, ondermeer door natuurreservaat Kwade Hoek. Bij ‘De Punt van Goeree’ (het begin van de Brouwersdam) is het ontzettend druk. Híer zijn dus alle toeristen. Langs het water staan ontelbare campers en caravans van dagjesmensen, die hier allemaal bij elkaar kruipen om te zwemmen en te zonnen. 

De Brouwersdam vormt de afsluiting van de vroegere zeearm De Grevelingen en brengt ons van Zuid-Holland naar het Zeeuwse Schouwen Duiveland. We strijken neer op een campinkje in Renesse, op nog geen 100 meter van het strand. ’s Avonds nog even heerlijk zwemmen, vliegeren en zandkastelen bouwen!

Koninginnedag in Renesse

30 april – Renesse

Een heerlijk relaxed en gezellig dagje. We slapen uit, gaan het dorp in en drinken uitgebreid koffie op een terras met een geweldige speeltuin. De middag brengen we door op het strand. Het is te koud om te zwemmen, maar natuurlijk niet om zandkastelen te maken en te spelen. Bovendien is het perfect vliegerweer. We hebben onze twee vliegers dan ook niet voor niets meegenomen! We verbranden vandaag behoorlijk, au.

Stormvloedkering

1 mei – van Renesse naar Veere (43 km)

Bas en Daan zijn niet weg te slaan bij de trampoline. Wij hebben dus onze handen vrij om snel de spullen in te pakken. Van Renesse fietsen we naar Burgh-Haamstede. Een aardig plaatsje met een kasteel en wat mooie oude gebouwen. En een vliegerwinkel, waar Ruud en Bas direct naar binnen rennen. Eigenlijk willen ze nóg wel een vlieger, nóg groter, nóg mooier… Het is prachtig fietsen door het bosrijke duingebied Westenschouwen – en wederom heel rustig.

En dan rijden we de stormvloedkering (Oosterscheldekering) over. Wat een enorm en imposant bouwwerk is dit toch! Het heeft uiteindelijk 2,5 miljard euro gekost, en moet ongeveer tweehonderd jaar meegaan. We picknicken we op het voormalige werkeiland Neeltje Jans, halverwege de dam. De stormvloedkering eindigt op Noord Beveland. Ook hier weer veel kitesurfers bij het strand. De kinderen zijn er erg van onder de indruk.

Via de Veerse Dam bereiken we het volgende eiland: Walcheren. We fietsen langs het Veersemeer, door de Vrouwenpolder, naar Veere. We kamperen op een prachtig en rustig kampeerterreintje van Staatsbosbeheer. Als de tent staat, fietsen we nog even het mooie stadje in. Er is geen supermarkt, dus we eten op een gezellig zonnig terrasje.

Akkers aan zee

2 mei – van Veere naar Retranchement (43 km)

En weer een dag met prachtig zomers weer. Via een landweggetje rijden we door de landerijen naar Middelburg. Dan verder langs het ‘Kanaal door Walcheren’ naar Vlissingen; een mooi fietspad langs het water. We rijden direct door naar de terminal om met de boot naar Breskens te gaan. In een kwartier zijn we over de Westerschelde en zijn we in Zeeuws-Vlaanderen. We fietsen in westelijke richting, langs het noordzeestrand. Bij het vuurtorentje van Schoneveld loopt het fietspad over het strand, een perfect picknickplekje dus. Tot Nieuwvliet-bad volgen we het fietspad direct langs de kust. Het valt ons op dat hier vrijwel geen duinen zijn. Rechts is de zee, links zijn de akkers. Via Cadzand fietsen we door naar een Vekabo-camping in Retranchement.

Prehistorische haaientanden

3 mei – Retranchement (12 km)

We slapen heerlijk uit. Vanmiddag fietsen we naar natuurgebied ’t Zwin. Dit ligt ingesloten tussen de duinen en een hoge dijk en staat via een geul in verbinding met de Noordzee. Het is een intergetijdengebied; tweemaal per dag stroomt bij hoog tij een grote hoeveelheid zeewater het gebied binnen.

We blijven hier de hele middag. De jongens kunnen heerlijk vliegeren, zandkastelen bouwen en vooral: prehistorische haaientanden zoeken (en vinden!). Als het vloed wordt, zien we het water echt het gebiedje in komen, mooi. Veel kwallen in het water. De wind neemt sterk toe, het is dan ook zwoegen om weer op de fiets terug te komen op de camping.

Oudste stadje van Zeeland

4 mei – van Retranchement naar Groede (33 km)

Een een erg mooi en rustig fietspad rijden we naar Sluis. De vele wallen zijn onderdeel van vroegere verdedigingswerken. Aardenburg is het oudste stadje van Zeeland. Hier zijn mooie oude gebouwen, zoals een Nonnenhuis en een Weeshuis. We nemen een kijkje in de Maria Hemelvaart kerk en de St.Baafskerk. De laatste was in de oorlog vrijwel volledig verwoest en daarna weer opgebouwd.

Verder noordwaarts, pal tegen de harde wind in. En bovendien een saai, kaarsrecht fietspad langs de doorgaande weg. Halverwege stoppen we bij een vogelkijkhut en kunnen we even uit de wind zitten. We zien hier ondermeer groenpootruiter, geoorde fuut, tureluur en steltkluut, een mooi plekje dus! We kamperen op het natuurkampeerterrein in Groede en vinden een redelijk beschut plekje. Vanvond nog even vliegeren; dat is spectaculair met deze enorme wind.

Lastige terugreis

5 mei – van Groede naar Vlissingen, met de trein naar huis (30 km)

Tegen de wind in ploeteren we naar Breskens. Br, wat is het koud! Snel de boot op voor de oversteek. Acht kilometer ten oosten van Vlissingen ligt Fort Rammekens. Het gaat pas over een uur open, dus we zoeken een mooi picknickplekje. Het fort ziet er veelbelovend uit, laten we maar alvast een paar foto’s maken. Eh, waar is de camera? Op de boot hadden we ‘m nog… Verdorie, we hebben de camera écht niet meer! We bellen direct met de klantenservice van Veolia, maar die is niet bemand op zaterdag. Dan maar als een speer terug naar de terminal in Vlissingen. Gelukkig, de camera is gevonden!

We besluiten niet opnieuw 8 kilometer naar het Fort te fietsen, maar hier in Vlissingen direct op de trein te stappen. We treffen het: we hebben een trein die niet alleen tot Roosendaal gaat, maar doorrijdt tot Rotterdam. Dat scheelt een keer overstappen, erg prettig met de fietsen. Helaas blijkt in Roosendaal dat de trein toch niet verder rijdt, ergens staat een defecte goederentrein in de weg. De trein naar Rotterdam zit overvol, met mensen, fietsen en rolstoelen, daar passen we echt niet meer bij. Dan maar met de volgende trein. Met veel pijn en moeite passen we erin. Alleen kunnen we er bijna niet meer uit… In Rotterdam moeten we aan de andere kant uitstappen, en die deur is defect. Dus de fietsen en tassen dwars door de passagierscoupé naar de volgende deur. En het gaat nog even door. De lift op het station doet het niet. We sjouwen alle fietsen en bagage via de gewone trap naar beneden, en gaan bij het volgende perron met de roltrap weer omhoog. Uiteindelijk komen we toch – mét de kinderen, vier fietsen en alle tassen – aan op station Amersfoort. Het zit er weer op!

Gerelateerde Berichten